maandag 28 november 2016

Antwoord op: Veertig man per dag

Het is niet altijd veertig. Soms is het meer, vaak gelukkig minder, maar dat zijn de schattingen die worden gebruikt over hoeveel klanten een hoer te verwerken krijgt op een dag. Veertig is populair, maar ook vijftien of zeventig heb ik wel horen gebruiken. De getallen hebben niet veel gemeen, behalve twee dingen: ze worden uitgesproken alsof het de schokkende waarheid is, en ze zijn altijd veel te hoog.

Die aantallen zijn bedoeld om te shockeren. Het moet een gevoel oproepen van een bevuild meisje, die dingen moet doen waarvan mensen denken dat je ze gewoon niet kàn volhouden. Het is het oproepen van een extreem beeld. Als je hoort dat een meid afentoe een klantje draait, klinkt dat minder naar extreme ellende dan als ze zestig man op een dag afwerkt. Het moet dramatisch zijn, en niet te relativeren of te nuanceren.

Als je kritisch kijkt naar de hoge cijfers, netzoals bij de hoge cijfers over dwang, dan kom je erachter dat de verhalen over tientallen klanten afkomen van anekdotes, die verteld worden door al of niet fictieve ex-prostituees die bij de zieligheidsindustrie aangesloten zijn. Ze zijn onderdeel van de indianenverhalen waar wel meer hele rare toeren in langskomen. Er zijn geen onderzoeken die dat soort cijfers ondersteunen.

Een andere bron van hoge aantallen klanten is de grote lijst vonnissen over uitbuiting in de hoererij. Dat is dus de informatie van het OM, gefilterd door de rechters. De cijfers waar die vanuitgaan zijn meestal de omzetten die worden geclaimd als schadevergoeding, gedeeld door de prijzen die de sekswerker zou hebben gevraagd. Dat heeft dus niets meer te maken met de werkelijkheid.

Het wordt lager als je naar echte onderzoeken kijkt. Zelfs politie-onderzoeken, waarbij ze hebben zitten turven in de ramenbuurten en dat zonder nadenken maar voor de hele branche aannemen, zitten niet in de tientallen. Daar maken ze wel steevast de fout die ik hier beschrijf, want ze namen de meest aktieve meiden om te turven, en namen de meest aktieve dagen als hun inschatting voor hun gemiddelde.

Wat is dan wel een realistische kijk op hoeveel klanten je draait? Voor mezelf kan ik makkelijk mijn administratie nagaan, en er zijn genoeg meiden in mijn netwerkje die dat ook voor me wilden doen. Maar wij zijn aktieve hoeren die passie voor ons werk hebben, dus we zijn niet echt representatief. We hebben dus wel even wat extra werk gedaan om te kijken hoeveel anders werkende meiden draaien.

Het bleek ongeveer zoals we verwachtten. Net zulke getallen als in de jaren negentig, want de opleving door de legalisering is weer weggezakt door alle ellende in de media. Nog steeds verschilt het veel van dag tot dag, van vrouw tot vrouw, en is er ook veel verschil tussen de verschillende vormen van werken. Maar de verschillen zijn niet anders geworden, dus eigenlijk is het best stabiel.

Als je achter de ramen werkt, heb je meestal tussen de vijf en acht klanten per dag, in de clubs heb je er zo'n twee, in het thuiswerk is het meest verschillend, maar zat ik echt heel hoog, de meeste meiden halen ook misschien één of net een pietsje meer per dag. In de escort kom je niet aan echt meer dan één klant per dag als je gemiddeld over lange tijd gaat kijken. Op straat is het enige wat ik schuldig moet blijven, maar dat is ook geen vetpot.

Het kan soms een stuk meer zijn. Maar je kan ook een dag geen enkele klant zien. Vooral als je onkosten en vaste lasten hoog zijn, zoals in de ramen, is dat een pijnlijk probleem. Sowieso heeft een hoer nooit zoveel klanten als ze wil. Je moet echt heel arrogant zijn om je te beklagen over teveel klanten die je willen boeken. Het blijft werken om ze binnen te halen, netzogoed als om ze hun diensten te leveren.

Die aantallen zijn niet omdat de meiden ervoor kiezen om er zoveel te doen, en niet meer. Het is gewoon praktisch eigenlijk niet mogelijk om meer klanten te draaien. Je loopt niet even een supermarkt binnen om naar buiten te lopen met een karretje klanten. Die klanten moeten naar jou komen, ze moeten jou vinden, ze moeten jou willen en ze moeten kunnen op een moment dat jij kunt.

Achter de ramen heb je het alleen van je aanloop en van je vaste klanten. Als je op de Wallen werkt, komen er mensenmassa's voorbij, maar anders moet je het hebben van de ijsberende mannen die de moed en de geilheid lopen op te wekken om je aan te spreken. Je kan wat lonken, maar dat doet iedereen. Je hebt geen manier om er meer naar binnen te trekken dan dat er zelf komen.

Dat betekent dat het eigenlijk niet méér wordt achter de ramen dan je krijgt. Je kan hopen dat er vaste klanten zijn die afspraken met je maken dat ze op stille tijden komen, of dat je zo beroemd wordt dat ze voor je in de rij gaan staan, maar dat is voor de meeste meiden niet echt de praktijk. We hadden allemaal wel trotse verhalen dat er klanten om ons raam hingen om de volgende te zijn, maar dat gebeurt zo weinig en onhandig, dat het geen zoden aan de dijk zet.

In de clubs moet je eerst maar hebben dat een klant naar de club komt, en daarna nogeens dat je de meid moet zijn die hij mee op kamer neemt. Zelfs als je ellebogenwerk gebruikt kom je aan maar heel weinig extra klanten, en de grootste hindernis is gewoon dat er maar weinig klanten zijn die naar de zaak komen. Clubs zijn vaker doods dan overvol. En ik kan de klanten geen ongelijk geven ook.

Je hebt in de escort en in de thuisontvangst meer manieren om je klantenaantallen op te pompen. Dat is vooral door spookhoeren-truuks te gebruiken. Je kan onder een boel advertenties gaan adverteren, in de hoop dat je vaker geprikt zal worden. Je kan liegen over wat je te bieden hebt, ookal krijg je daar echt geen goede reputatie van. Zo krijg je wat extra aanloop, en dat is iets meer omzet. Voor even, en in ruil voor een boel regelwerk.

De beste manier is om een heleboel vaste klanten aan te trekken. Die blijven terugkomen, en daar heb je een stabiel inkomen aan. De rest van je tijd heb je voor je aanloop. Maar die komen ook alleen wanneer ze het uitkomen, en zo speciaal dat ze ervoor tijdens hun familie-tijd of zakenuren komen ben je niet, in ieder geval niet voor altijd. Je krijgt dus al je klanten opgepropt in de vrijetijd-uren.

Met een boel werk krijg je dus wel wat extra klanten, maar niet heel veel. Achter de ramen krijg je het echt niet veel meer dan tien regelmatig, in de clubs kan je meer dan een paar man toch wel schudden, en in de thuisontvangst kan je het met heel veel investeren en heel veel werk naar de drie of vier klanten op een dag krijgen. Maar daar moet je dan wel je levenswerk van maken. Bij escort is het anders, want daar wordt vooral de lengte van de dates langer.

Aan de andere kant kan je heel makkelijk mìnder klanten lopen dan gemiddeld. Als je achter het raam je dag niet hebt, of humeurig bent, dan sta je zo je hele shift voor niets. Als je niet flirt en fleemt in de club gaan ze met een ander naar boven. Als je angstig lijkt, deinst elke klant terug. Als je er met de pet naar gooit, raak je zelfs de meest verzotte vaste klant kwijt. Klanten win je langzaam, maar je verliest ze in een vloek en een zucht.

De verhalen waarin we tientallen klanten te verwerken krijgen zijn niet alleenmaar onzin. Ze zijn ooknog een Shangri La voorstellen als een verschrikkelijke toestand. Er zijn zat meiden die het wel zouden zien zitten om vijftien man per dag te draaien. Sommige zien meer ook nogwel zitten. Want we gaan professioneel om met de seks, en we schrikken niet van een beetje hard werken. Maar ook met hard werken blijven zulke aantallen klanten een wensdroom.

maandag 21 november 2016

Samentrekkingen

Al heel lang krijg ik in mijn reacties, en ook in mijn mail, opmerkingen over hoe ik schrijf. Ooit schreef ik inderdaad heel slecht, met een hoop d-t fouten, en hier en daar ook andere schrijffouten. Daar heb ik wat aan gedaan, met hulp van mijn nakijkploeg en door gewoon meer op mijn spelling te letten. Je merkt na een tijdje schrijven toch wel dat je heel verkeerd over kan komen van een stomme taalfout.

Waar ik de laatste jaren vooral van hoor is mijn samentrekkingen. Ik schrijf sommige dingen aan elkaar, en dat hoort niet. Toch doe ik dat, en ik vind het geen taalfout. Ik weet dat het niet hoort, maar dat sommige mensen het als een fout zien vind ik minder belangrijk dan dat ik er mijn verhaal beter leesbaar mee maak.

Als ik schrijf, doe ik dat niet op zo'n opstel-manier die je vroeger op school leerde. Ik gebruik spreektaal, en ik schrijf het op zoals mijn gedachtes komen. Dat vind ik belangrijk, want zo kom ik het best uit mijn woorden. Maar als je praat, heb je je toon en de muziek van je stem om wat extra's mee te geven aan wat je zegt. Als je schrijft heb je dat natuurlijk niet.

Soms wil je nadruk leggen. Je kan nadruk leggen met accenten op letters. Dat is best eenvoudig. Daarmee geef je aan welk stuk van je zin het belangrijkste is, net als wanneer je praat. Maar soms wil je ook door het ritme van je zin laten horen hoe hij gelezen moet worden. En in spreektaal zijn er dan bestwel veel momenten dat je eventjes wat woorden aan elkaar plakt, gewoon om het daarmee wat duidelijker te maken.

Je zegt niet dat er best ... wel veel momenten zijn dat je dat doet. Je zegt nooit dat je veel ... te ... veel hapering in je zin krijgt als je de delen van woordcombinaties die je als één woord gebruikt zou gaan scheiden. En waarom zou je vantevoren alleen mogen schrijven als van tevoren, en niet van te voren? De regels zijn heel willekeurig, en eerlijk gezegd vind ik ze onlogisch. Want wat ik consequent, voor een reden en volgens vaste regels doe, doet de officiële Nederlandse taal onregelmatig.

Soms wil ik zeggen dat iets netzogoed niet kan worden gedaan, en bedoel ik niet dat het net zo goed niet kan worden gedaan. Als ik het samentrek tot een woord, zie je dat het me om het even is. Als ik dat niet doe, kan het ooknog betekenen dat het niet net zo goed kan worden gedaan, en sowieso spreek je die drie woordjes nooit gescheiden uit als je die uitdrukking gebruikt.

Ik weet dat wat ik doe afwijkt, maar als ik weleens een stuk terugkrijg van mijn nakijkploeg, en een nieuwe aanwinst al die samentrekkingen heeft gescheiden, dan lees ik het alsof ik struikel over mijn eigen woorden. Hoe mijn stukjes lezen is belangrijk om goed over te laten komen wat ik zeg, en dan heb ik liever dat ik overkom als iemand die raar schrijft dan dat mijn stukje niet de lading heeft die ik wil geven.

maandag 14 november 2016

Antwoord op: De ik-vorm

Als mensen naar mijn blog verwijzen, krijgen ze daar vaak negatieve reacties op heb ik gemerkt. De belangrijkste is dat het maar een blog is, maar je hoort ook vaak dat ik iemand met belangen ben, of dat ik het te mooi voorstel. Of natuurlijk dat ik naïef ben, of een Witte Raaf, ga maar door. Eentje die ik ook weleens hoor, en die me laatst nogal opviel was dat mijn blogje geen zeggingskracht had omdat ik schrijf in de ik-vorm.

In boeken en kranten wordt veel geschreven alsof de schrijver aanhaalt wat algemeen bekend is. Het ìs zo, het blijkt dat, het is bekend dat, enzovoorts. Dan doen ze alsof ze neutraal zijn, en alsof ze een soort afstandelijke autoriteit zijn die dingen schrijft waar geen discussie over bestaat. Hun eigen standpunt doet er niet toe, suggereren ze, dit is een objectieve behandeling.

Zo doe ik dat niet. Ik schrijf duidelijk op waar dingen vandaankomen, wat ik heb gezien, wat ik veel of weinig hoor, welke dingen ik stevig heb uitgezocht en wat ik alleenmaar dènk. Ik vind dat eerlijker. Dan weet je tenminste wat je krijgt, en waarvandaan ik het schrijf. Dan kan je zelf bedenken hoeveel gewicht je wil geven aan de dingen die ik zelf bedenk, en hoeveel aan de dingen die ik met andere bronnen heb verzameld.

Denk maar niet dat die boekenschrijvers en krantenmensen neutraler zijn dan ik. Die hebben allemaal netzogoed menselijke zwaktes. Die begrijpen niet alles, die weten niet alles, die hebben hun eigen voorkeuren en vooroordelen, en dat komt netzogoed in hun stukjes terecht als in de mijne. Alleen zijn ze er niet eerlijk over, en kennen ze het kunstje om het zo te schrijven dat het niet meer klinkt naar iemands verhaal, maar naar een soort droge objectieve werkelijkheid.

Het is een soort foutje in de menselijke geest om dingen die zo zijn geschreven makkelijker te geloven. Als je niet de persoon herkent in de stem, als je niet persoonlijk wordt aangesproken door iemand die je kan zien als een persoon met een eigen perspectief, dan geloof je makkelijker dat het schrijfsel objectief is. Daarvoor hoeft die persoon alleen autoritair, deftig, afstandelijk en onge-emotioneerd te klinken. Als een preker in een ivoren toren.

Er zijn dus ook mensen die me vragen om die persoonlijke vorm te laten gaan, en zo te gaan schrijven als die mensen in hun ivoren torens. Dan is wat ik schrijf makkelijker als autoriteit te gebruiken. Daar heb ik wel over nagedacht, maar ik doe het niet. Dan ben ik alleenmaar bezig om op dezelfde manier die fout in de menselijke geest te gebruiken, en dan ben ik niet zo eerlijk bezig als ik nu ben.

Maar vooral omdat ik denk dat het helemaal niet uitmaakt. Mensen die van mijn stukjes afhaken omdat ze vinden dat ik me teveel in mijn stukje afteken als sprekend persoon, en niet als een soort Hemelse stem, die wìllen iets vinden om af te haken. Die zijn op zoek naar een reden om niet serieus te hoeven nemen wat ik schrijf, omdat ze dat niet lekker zit. Die vinden wel wat anders. Dus daar ga ik het niet voor doen.

maandag 7 november 2016

Dokter zedenagent en mr. zedenploert

Dit stukje komt eigenlijk twee weken te laat, maar voor de volgende keer hebben jullie er misschien wat aan.

Al sinds mijn stukjes over hoe je je vent uit de lik houdt, probeer ik een stukje te maken over hoe je moet omgaan met zedenagenten. Zedenpolitie is een heel afwijkende soort politie, die je anders moet behandelen, omdat ze jou anders behandelen. Ze zijn niet makkelijk om mee om te gaan, omdat je nooit weet wat ze nou willen, en omdat ze wel heel veel macht hebben om je leven overhoop te halen.

Dat bleek dus helemaal niet zo makkelijk te zijn. Ik had zelf al veel ervaring met Zeden, en ik dacht dat ik mijn wijsheid wel even in een stukje kon zetten. Dat ging rond bij mijn nakijkploeg, en ik kreeg héél veel kritiek, en dan op de ìnhoud. Want veel meiden die met ze temaken hadden gehad waren het niet met me eens. En ooknogeens niet met elkaar. Dat vond ik eerst heel vreemd, maar het deed wel het deurtje open om te zien wat er allemaal aan de hand was.

Als hoer leer je van je werk om heel stellig te zijn. Je werkt met illusies, dus dan moet je je poten stevig op de grond hebben staan. We hebben allemaal uitgesproken meningen, en voor die meningen stonden we ook allemaal. En als iemand met een mening kwam die niet bij de jouwe paste, dan begon je uit te leggen wat je allemaal meegemaakt had, en kwamen de anekdotes over tafel.

Die anekdotes verschilden heel erg. Zo erg, dat het eigenlijk niet door de beugel kon om die niet te zien als dingen die elkaar uitsloten. En het kwam zover dat er twee meiden in mijn netwerkje hard tegen hard gingen in de groepsmail, en heel erg botsende ervaringen aan het vertellen waren. Ze vonden allebei dat de ander onzin praatte. De andere had dan die ene uitzonderlijke zedensmeris getroffen, maar zij zelf wisten hoe de normale zedenagent was.

Misschien zag je het wel aankomen, maar die agenten waar ze het zo over oneens waren bleken dus één persoon te zijn. Allebei hadden ze heel andere verhalen over die vent. En toen het duidelijk werd dat het geen kwestie was van anders naar hetzelfde kijken, maar gewoon heel ander gedrag door die zedenagent, werd het voor mij duidelijk dat het niet zo simpel is als ik dacht.

Je hebt namelijk niet maar één soort van zedenagenten die zich op één manier gedragen. De zedenpolitie doet hele verschillende dingen bij verschillende meiden, en dat is een verschil van dag en nacht. Een verschil van Dokter Jekyll en Mister Hyde. En toen was mijn lijstje met dingetjes om te doen als Zeden bij je binnen komt vallen opeens voor haast niemand meer te gebruiken. Het zag er nogal naïef uit eerlijk gezegd.

Ik ben dus drie jaar al aan het puzzelen hoe Zeden van binnenuit werkt. Het is heel lastig voor mij omdat ik geen zedenagenten als klant heb. Ik moet het maar van andere meiden horen, en die hebben allemaal dus hele andere kijk op hoe dat werkt. Dat moet je allemaal naast elkaar houden, en kijken wat er nou wordt gezíén en wat er nou ìs. En dan wordt het ook niet zomaar meer een stukje over mijzelf, en dat is altijd meer werk.

Mijn eigen ervaringen waren nog best simpel. Toen ik met hoeren begon had je nog weinig last van zedenagenten, behalve als je een kleurtje had. Blanke meiden werden veel met rust gelaten, en eigenlijk dacht ik nooit over ze na. Ze kwamen weleens langs, maar wouden toen niet eens mijn papieren zien. Gewoon zeggen dat ik meerderjarig was, was genoeg voor ze. Sindsdien is het veel minder vriendelijk geworden.

Overal heb je vooral méér zedenpolitie die méér van je wil weten en méér met je solt. Ook als ze niets kunnen vinden wat wijst op dat je iets verkeerd doet nemen ze toch alle gegevens van je op, en bewaren die. Daar kan je later dan hard mee gepakt worden. In steden als Den Haag beslist de zedensmeris wel even voor je of jij mag gaan werken of niet, door je een werkadvies te geven. Ben je niet lief genoeg voor de zedenploert? Dan mag je voor straf niet aan de bak.

Hoe je behandeld wordt door Zeden loopt heel ver uitelkaar. Best veel meiden zijn beste vriendjes met de zedenagent die ze elk jaar een paar keer zien en leuk grapjes mee maken. Andere meiden hadden vanaf de eerste dag al dat ze alles in huis overhoop haalden, spaargeld "in beslag" namen, laptops afpakten, en uitzetting regelden, en als ze er wat van zei kon ze een klap krijgen. Weer anderen kregen alleen de cash die ze bij zich hadden afgepakt, maar mochten dan met de benen wijd voor oom agent, en waren van hem af. Het leek helemaal willekeurig.

Na heel veel werk blijkt dat het niet helemaal willekeurig ìs. Er zit als je gaat zoeken wel een soort regel in. We dachten eerst dat je goeie en foute zedenagenten had, en dat meiden die zeiden dat alle zedenagenten goed waren geluksvogels waren, en meiden die alleen slechte ervaringen hadden pechvogels, maar dat kan eigenlijk niet de hele tijd zo blijven gebeuren. Het ligt kennelijk meer aan hoe de meid is, en dat de zedenploerten daar anders op reageren.

We waren eerst op het verkeerde been gezet. We dachten namelijk dat de zedenpolitie aardiger zou zijn tegen vrouwen die aardiger zijn tegen hen. Dus dat een beetje vleien en een beetje laten zien dat je vrienden bent het verschil maakt. Dat is alleen niet iets wat veel uit lijkt te maken. Als we al onze ervaringen naast elkaar leggen, en kijken hoe dat uitmaakt, dan doet dat wel wat verschil, maar bestwel weinig.

De groepen die het minst worden aangepakt werken in de legaliteit, vinden hun beroep maar zo-zo, doen het voor het geld, hebben geen interesse in hun klanten, en pakken niet hard aan. Hoe minder ze aan de weg timmeren, hoe vriendelijker de zedengomp doet. Vooral vrouwen die al lang vastgeroest zitten krijgen geen problemen met Zeden. Of ze nou aardig denken over de zedenpolitie of niet.

Het helpt om een lage opleiding te hebben, om een ouderwetse lawaaiïge temeier te zijn met een grote bek maar weinig ruggengraat, en niet te mooi te zijn. Dat is heel raar want mensen zijn meestal juist veel makkelijker tegen mooie mensen. Het helpt ook om een beetje verloren te zijn, en nog wat tekens af te geven dat je het werk niet helemaal de baas bent. Ze moeten aan je zien dat je je maar moet behelpen soms.

Die meiden komen eigenlijk alleen in de problemen als ze teveel laten zien dat ze weerbaar zijn. Dan irriteren ze de zedenploert en dan heeft hij wel manieren om het opstandige meisje te straffen. Ze willen nederigheid zien, ookal zeggen ze dat ze al die controles doen om te zien of je wel zelfredzaam bent. Je hebt hun wereldbeeld niet geschokt, dus je bent bijna vrij, maar verpruts het dan niet door ze toch in hun ego te raken.

Het is helemaal anders voor meiden die afwijkende liefdes- of seksrelaties hebben, grote schoonheden zijn, kinky zijn, passie voor hun werk hebben, subtiel werken, hoog in de prijsschaal zitten, nomade zijn, onafhankelijk zonder exploitant dus meestal illegaal werken, die vurig zijn, of juist verleidelijk, of die iets vamp-achtigs hebben. Een hoge opleiding is ook een probleem, en al helemaal als je niet afhankelijk bent van je sekswerk. Als ze aan je merken dat je kan lezen en schrijven met de hoererij wordt de kans op de harde aanpak veel groter.

Dan is het vooral hoeveel ze denken dat je kan doen. Als je kinderen of een goeie baan hebt, of op een andere manier veel te verliezen, weten ze dat je niet veel kan doen omdat ze alles kapot kunnen maken. Dat doen ze danook wel. Maar vaak laten ze het bij het afpakken van je geld, wat machtsvertoon, of dwingen ze je tot seks. Als je minder te verliezen hebt wegen ze dat af, want je kon nog weleens moeilijkheden gaan maken. Ze kijken erg naar hun pakkans. Ookal weten ze best dat het wordt weggemoffeld als ze zouden worden gepakt.

Er zijn wat gevallen waarbij de politie de hele bankrekening inbeslagneemt. Daar gaat dan je pensioen. Dat is waarom veel buitenlandse meiden al hun geld zo snel mogelijk over de grens willen hebben. Maar het is niet handig om het danmaar in cash thuis te houden, want als ze dat vinden hoeven ze niet eens een spoor achter te laten zoals wanneer ze het van je bankrekening halen. Je bent het dan bijna zeker kwijt. Veel cash hebben is immers signaal van mensenhandel.

Als politie iets inbeslagneemt hoor je dat ooit terug te krijgen, maar er zijn genoeg regelingen dat ze het toch mogen houden, verkopen of vernietigen. Je ziet alles wat verhandelbaar is eigenlijk niet meer terug. Geld verdwijnt meteen, maar als je laptopje of telefoon het leuk zou doen op Marktplaats is het ook gewoon tijd voor een nieuwe. En dat is als je al een bonnetje hebt gekregen, want vaak genoeg krijg je te horen dat de inbeslagname nooit is gebeurd. En ben jij de liegende hoer.

We hebben onderling een lange discussie gehad of het nou een soort pervers "pooiergedrag" is van de agenten. Niet dat het op echte pooiers lijkt, maar zoals zij denken dat pooiers werken. Het past in ieder geval erg goed in hun plaatje van hoe het werkt, en soms hoor je ookwel zeggen dat het voor jou niet uitmaakt wie het afpakt, de politie of je pooier. Of die nou bestaat of niet. Het grote verschil tussen zedenploerten die denken dat ze je wat kunnen maken en een foute pooier, is dat het een pooier wat kan schelen of jij door kan met je leven en je werk.

Je hebt dus de broodmeiden en de vamps. De meeste meiden zitten tussen die twee groepen hoeren in. En die worden danook ertussenin behandeld. Er is best weinig verschil hoe de groep aan de broodmeidenkant van de markt wordt behandeld, daar gebeurt maar heel weinig. Aan de andere kant van de markt is het verschil onderling enorm groot. Sommige meiden krijgen altijd de volle laag, andere komen er nog best goed vanaf. Maar die zien ook wel dat er dingen foutzitten.

Ik heb het verschil zelf ook gemerkt. Sinds ik anders werk loop ik tegen veel hardere behandeling aan van Zeden. Gelukkig ook veel mìnder, want in de illegaliteit kan je veel beter uit hun buurt blijven en word je dus minder vaak gepakt. Helaas hebben ze bij mij altijd manieren om me te vinden, omdat ik ooit legaal heb gewerkt. Had ik dat maar nooit gedaan. Nou ja, was de wet maar anders, bedoel ik maar.

Van de zedenagent uit de vorige eeuw, die blind rondtastte in een wereld die hij niet goed begreep en een beetje eng vond, zijn we nu gegaan naar de zedenagent die vindt dat hij béter weet dan jij wat je motivatie is, hoeveel je verdient, hoe je werkt, en wat daarmee allemaal moet gaan gebeuren. Die komt orde scheppen terwijl hij overtuigd is dat hij weet hoe. En dat weet hij eigenlijk helemaal niet. Maar het maakt hem ook niet uit.

Ze hebben steeds meer bevoegdheid gekregen, maar er wordt ook steeds meer van ze geaccepteerd waar ze eigenlijk helemaal geen bevoegdheid voor hebben. Ze horen helemaal niet in je huis rond te wroeten als ze geen machtiging tot binnentreden en doorzoeken van je woning hebben. Ze horen ook helemaal niet je geld af te pakken, en ze horen ook niet je huisbaas en je werkgever te gaan bellen om ze te vertellen dat er een vieze hoer in je huis woont en bij hen werkt. Ze horen je ook niet te verkrachten. Maar ze doen het, en ze komen ermee weg.

De zedenagenten zelf zijn niet veranderd. Het zijn nog steeds dezelfde types. Je wordt niet zomaar zedenagent. Er is een bepaald soort mensen die het de moeite waard vinden om te zorgen dat iedereen zich netjes volgens de morele regeltjes gedraagt, en dat zijn niet het soort mensen die zo vrij zijn over hun eigen morele regeltjes. Die hebben nu een heel politiesysteem en alle bevoegdheden daarvan om hun morele verontwaardiging door te drukken, ze weten dat ze alles kunnen doen zonderdat er een haan naar kraait, en dat doen ze graag.

Je hebt de zedensmerissen die die baan hebben om dagenlang naar kinderporno te kunnen kijken. Betaald, veilig, en terwijl ze ervoor worden gerespecteerd. Die lijken veel op de types die vooral veel in de buurt van hoeren hangen, en steeds persoonlijkere verhalen proberen los te krijgen, en heel erg maatjes proberen te worden met exploitanten. Die types die je hun persoonlijke 06 geven, en de hele tijd contact opnemen "om te zien of het wel goed met je gaat." Dat zijn de geilers.

Geilers hebben heel veel interesse in je seksleven. En ze gaan àllemaal geil op de loverboymythologie. Als je ouder bent willen ze ook graag andere pooierverhalen van je horen, maar seksslavinnetjes zijn jong, mals en hulpeloos wel het lekkerste. Je ziet ze ook meestal zich richten op de jongste meiden die ze aan het praten kunnen krijgen. Ze komen dichtbij je. Zodat je hun aftershave achteraf in je haar hebt. Niet per ongeluk. En denk maar niet dat dit alleen de mannen zijn.

Een andere groep zedenagenten is de humorloze moraalridders. Die herken je meteen aan hun kop. Die zijn op zoek naar immoraliteit om aan te pakken. Ze zijn nauw verwant aan de crimefighters die zoveel macht hebben gekregen via de VVD in de afgelopen jaren. Ze zijn fan van harde aanpak en willen graag de bezem door dingen halen. Die mensen denken dat er alleen foute motivaties als dwang, luiheid, domheid en geilheid spelen in sekswerk, en dat moet eruit geslagen worden. Gek genoeg verkrachten deze hufters stukken vaker dan de geilers.

Het oude liedje, "als je het echt vrijwillig doet, laat maar eens zien dan." Want als je je werk niet tegen heug en meug doet, dan wil je oom agent wel een gratis nummertje geven. Dan lust je er immers pap van om gebruikt te worden. En als je dat niet wil, dan ben je duidelijk aan het liegen, en moet er maareens hard aangepakt worden. Als je immers je werk leuk blijkt te vinden, ben je een smerig wijf in hun ogen. Of ze dat nou lekker of verachtelijk vinden.

Onder vrouwelijke zedenagenten, en dat zijn er nog bestwel wat, heb je de solidaire zuster. Die willen gevallen vrouwen helpen om op te klimmen naar een normaal bestaan, want die denken meestal dat je een vrouw bent die niet beter weet of niet beter kan, omdat je nooit genoeg geknuffeld bent, je op school werd gepest of omdat de mannenmaatschappij je neerhoudt. En met de vrouwen die ze niet zo zien willen ze vooral maatjes zijn.

Bij zowel mannen als vrouwen heb je ook de zure antiseksers. Die gaat het nieteens zo om de moraliteit of om de misdaad, maar die vinden al die seks maar niets, en daar willen ze het liefst een eind aan hebben. Die laten het niet zomaar gebeuren, die willen zoveel mogelijk afknijpen wat er aan seks in de maatschappij is, want daar worden ze maar onrustig van. Daar zitten best veel mensen bij die geestelijk niet helemaal honderd zijn.

Dat zijn de hoofdgroepen, maar er zijn nog twee minderheden die ik wel even moet noemen. Ze komen minder voor, maar ze spelen hele grote rollen. De eerste is de koene ridder die de gevallen prinsesjes komt redden. Die heeft alle verhalen gehoord over dwang en ellende, en die wil helpen. Je ziet ze best vaak aan het werk beginnen, maar ze blijven nooit lang. Het is niet fijn om te merken dat je eigenlijk helemaal fout zat met het denkbeeld, en wat doe je dan nog?

In een paar gevallen is het antwoord daarop: je stopt je vingers in je oren en je doet gewoon alsof het tòch allemaal is zoals in de ellendeporno. Dan krijg je dus heel aktieve zedenagenten die bezig zijn om grote boeven aan te pakken, of die nou bestaan of niet, en of die nou hebben gedaan wat zij verzinnen of niet. Mensen als Henk Werson, die hele razzia's op touw zetten omdat ze zo in hun fantasie geloven. Die hebben veel invloed.

Een andere kleine maar belangrijke groep is de vrouwelijke zedenagenten die zelf een tik mee hebben. Soms echt seksueel getraumatiseerd, maar meestal gewoon seksueel helemaal verknipt. Die zijn ook niet bezig met wat er gebeurt, maar zijn seks aan het bestrijden. Als je ze ontmoet lijken ze helemaal hulpeloos, en op het punt om in te storten. Maar in de politie, en vooràl in het OM zijn ze als een vis in het water. Ik heb nog niet gevonden hoe dat kan.

Die vrouwen zien overal spoken, en orakelen veel over hoe alles èìgenlijk dwang is, en hoe de hoertjes mentaal nergens tegen opgewassen zijn. En dat ge-orakel komt dus overal in de politie- en OM-mythologie terecht, alsof dat niet een heel persoonlijk verknipte kijk is, maar juist een heel diep inzicht in hoe de hoerenpsychologie werkt. En niemand die kijkt of het wel klopt, want het komt van intern.

Ook die ridders op het witte paard willen nog steeds wel vingers in je kut stoppen, want dat is immers "zoeken naar een sponsje" wat je gebruikt om te kunnen werken tijdens je menstruatie. Want dat is bewijs voor mensenhandel als ze dat kunnen beweren in de rechtzaal. Ironisch genoeg hebben veel van ons weleens een sponsje ingehad dat helemaal werd gemist door de klamme vingers van de zedenploert.

Van collega's moet ik ook nog even de totale psychopaten noemen die af en toe een korte tijd zijn verschenen, maar die vind ik eigenlijk geen onderdeel van het totaalplaatje. Bovendien worden die door het politieapparaat zelf stilletjes afgeserveerd, dus die weten dat die psychopaten fout zijn en doen er ook wat aan. Die gaan danwel niet de cel in, komen niet voor de rechter, maar houden wel op agent te zijn. En dat is al heel wat.

Hiermee dek ik niet alle zedensmerissen hoor, maar je gaat wel zien dat je niet veel meer overhoudt als deze groepen er niet waren. Samen maken ze in ieder geval het cultuurtje binnen de zedenpolitie. Dat cultuurtje is ook een vreemd iets. Eigenlijk zijn ze bijna allemaal voor hun eigen obsessie bezig, maar toch wordt er heel hecht samengewerkt. Ze dekken elkaar allemaal, en ze steunen elkaar zelfs als hun interesses helemaal anders zijn.

Je zou zeggen dat ze onderling heel open zijn over wat ze willen en wat ze doen, maar het lijkt erop dat ze tegen elkaar zich nog schijnheiliger gedragen dan naar buiten. Van de geilerds kan ik me dat voorstellen, vooral naar de moralisten toe, maar die zijn aan de andere kant ook heel voorzichtig om zich niet tè ver van de geilaards af te draaien. En zo gaat het met al die groepen. Het is een soort Stratego denk ik.

We weten nog steeds niet hoe dat precies gaat. Het blijkt wel duidelijk dàt het zo gaat, uit allemaal kleine dingen. Als een meid wordt gekoeioneerd door twee verschillende koppels zedenploerten, en ze gooit het met één zedenploert op een akkoordje dat hij elke week gratis een uurtje zonder condoom mag, dan verdwijnen die anderen ook opeens. Die moeten daar dan dus van weten. Ookal zijn dat niet allemaal geilers, en ookal komen die niet óók hun pleziertje halen.

Gek genoeg hebben veel zedenagenten potentieproblemen. Dat zie je vaker bij mannen met verknipte seksualiteit, maar die worden meestal juist keistijf als ze eens over hun eigen regels heenstappen. Dat zou je dus ook verwachten bij zedenagenten, maar er is iets wat daar niet klopt. Je weet dat je beet hebt omdat je warme worst ruikt, maar vaak blijft het bij pijpen omdat de rest niet lukt.

Dat is goed en wel, maar wat moet je dan met ze aan? Weten wat erachterzit is nuttig hoor, want je kan dan een beetje inschatten op welke rare manieren ze denken, maar wat je ermee aanmoet, dat is niet zomaar samen te vatten als wat simpele regeltjes. Behalve als je in de legaliteit werkt, voor een exploitant. Dan kan je het gewoon het best over je heen laten komen, want je kan toch niets en ze zullen zo kwaad niet met je zijn.

Als je illegaal werkt zijn ze ronduit gevaarlijk. Niet omdat ze echt anders over je denken, maar omdat je als illegaal helemaal geen bescherming meer hebt. De macht ligt daar helemaal bij hem. Dat ligt eraan dat wàt hij ook zegt dat er gebeurd is, en wàt jij ook zegt, hij geloofd wordt. Opnames maken lijkt dan een hartstikke goed idee, maar dat leidt makkelijk tot geweld. Gewone politie houdt al niet van opnames, laat staan een zedenploert die weet dat hij fout bezig is.

Je wil hem dus ook niet het idéé geven dat er opnames kunnen zijn gemaakt. Camera's ophangen kan een grote toestand worden. Ze zoeken naar die dingen, dus reken erop dat je er gedoe mee krijgt. Een kluis die je niet zomaar voor hem open kan maken kan een grote toestand worden. Je wilt hem niet met dat soort dingen provoceren. Probeer niets te hebben wat hem kan frustreren. Zorg ervoor dat je in elk geval een paar honderd Euro hebt die hij achterover kan drukken.

Meestal gaat het goed. Deze regels zijn om je te redden als het foutgaat. Als je zo'n vent verder frustreert dan een paar klappen kunnen opluchten, kan hij er een hobby van maken om àlles uit het barrièremodel te gebruiken om je leven onmogelijk te maken. En de psychopaten, al zijn die er maar weinig, moet je ook serieus nemen. En terugvechten tegen een agent is àltijd illegaal, zelfs als hij je probeert het ziekenhuis in te schoppen. Zelfs als je voor je leven vreest. Hij is een ambtenaar, en jij pleegt verzet.

Je bent een beetje aan je lot overgeleverd wat je krijgt. Misschien krijg je een zedenagent die je mag, misschien krijg je een zedenploert die wat van je wil, en er zijn er die je wat aan willen doen zonderdat je er ooit wat aan kon veranderen. Dan moet je jezelf ook niet de schuld geven van hoe je behandeld bent, want ookal doe je alles goed, het is nog steeds zijn keus wat er met je gebeurt.

Om de beste kans te hebben op een goeie afloop moet je snel leren aanvoelen wat de zedensmeris wil. Netzoals bij klanten wil je vanaf het eerste begin dezelfde lijn kunnen trekken zodat het niet onnatuurlijk overkomt als je anders van houding verandert. Presenteer je als een slap werkende broodmeid als je kan, en op een manier die niet te ongeloofwaardig is vanaf hem bezien. Hij heeft ook je advertentie en je recensies gelezen.

Het helpt heel erg dat zedenagenten denken dat ze veel slimmer zijn dan je klanten. Als je goede recensies hebt, of een klant ondervraagd is, krijg je soms vragen die je tochwel eruit laten zien als een pientere meid die er plezier in heeft. Dan helpt het om te zeggen dat klanten alles geloven, en dat je eigenlijk ze een loer draait. Je moet heel erg ver gaan voordat een zedenagent dàt niet gelooft.

Er zijn heel weinig zedensmerissen die rechtdoorzee zeggen wat ze willen. Ze vragen je niet om geld, dat "vinden" ze en "nemen in beslag." Ze willen ook geen overleg over welke seksuele diensten ze willen, dat wordt afgetast zonder echt duidelijk te worden. Als ze verhaaltjes willen, behandel dat dan niet als een talk job van een gewone klant, ook als dat duidelijk is wat hij zoekt. Wat je zegt wordt als bloedserieus bewijs behandeld als het ze uitkomt. Weeg elke zin op een goudschaaltje.

Als je ingaat op wat de zedenagent wil, doe dat dan níét voor de neus van de andere smeris waarmee hij mee is. Ookal spelen ze onder één hoedje, ze zijn preuts, bekrompen en verlegen als het aankomt op die dingen, dus geef hem privacy. Vooral als het om seks gaat, maar ook als je hem geld laat vinden. En zelfs als hij slachtofferverhalen van je wil horen. Dat is ook seks voor hem, dus behandel het ook zo.

Huilen is goed. Alleen echte psychopaten trekken zich niets van huilen aan. Ookal zitten die er helaas best tussen. Je menselijkheid laten zien is goed. Ook je kwetsbaarheid, al gaan veel meiden dat héél moeilijk vinden. Streel zijn ego, hij is de slimme rechercheur die door jouw schaal van weerbaarheid heengeprikt heeft. Als jij zijn fantasie voedt, dan laat hij je veel liever met rust dan als je hem afweert, of in zijn hemd zet.

Als je in de legale sektor werkt, en je hebt de pech dat ze moeilijk gaan doen, dan kan het werken om een grote bek te geven en weerbaar te zijn. Vooral als ze in je portemonnee of je slipje aan het graven zijn. Dan schrikken ze wel terug, maar je moet niet denken dat dat vergeven wordt. Op een dag vindt hij een manier om het je toch moeilijk te maken. Dus dan is een een nieuwe stek je volgende stap. In de illegaliteit kan je het beter helemáál niet doen.

Je hebt nóóit wat aan Zeden. Ook niet als je ze handig bespeelt, ook niet om druk op je exploitant te zetten, ook niet om van een pooier af te komen, ook niet om van afpersers af te komen, ook niet om concurrentie uit te schakelen, ook niet als je verkracht bent. Zeden is alleenmaar problemen, en ze hebben geen enkel nut. Wat er ook gebeurt, en wat ze je ook voorhouden, waar ze je ook mee uitlokken, er komt nooit wat goeds van. Hou altijd in het oog dat je van ze afmoet, en laat je niet piepelen. Geef ze geen centimeter, want dan weten ze dat ze wat met je kunnen.

Ookal was dit stukje in het begin bedoeld om je uit te leggen hoe je met zedenpolitie om moet gaan, ik moet toch het antwoord schuldig blijven. Dat is een heel eigen ding, dat voor iedereen anders is. Ik hoop dat mijn collega's wat hebben aan de ideeën die hier bijelkaar staan, wanneer ze zelf met Zeden om moeten gaan. Want met hoeveel aandacht en mankracht ze erop zetten, komt iedereen aan de beurt.